Pakket | fl.controls |
Klasse | public class Label |
Overerving | Label UIComponent Sprite DisplayObjectContainer InteractiveObject DisplayObject EventDispatcher Object |
Taalversie: | ActionScript 3.0 |
Productversie: | Flash CS3 |
Runtimeversies: | Flash Player 9.0.28.0, AIR 1.0 |
Een live voorvertoning van elke instantie Label geeft tijdens het ontwerpen direct wijzigingen weer in parameters in Eigenschapcontrole of Componentcontrole. Omdat een component Label geen rand heeft, kunt u de live voorvertoning van een instantie Label alleen bekijken door de parameter text
ervan in te stellen. De eigenschap autoSize
wordt niet ondersteund in een live voorvertoning.
Eigenschap | Gedefinieerd door | ||
---|---|---|---|
accessibilityImplementation : AccessibilityImplementation
De huidige toegankelijkheidsimplementatie (AccessibilityImplementation) voor deze InteractiveObject-instantie. | InteractiveObject | ||
accessibilityProperties : AccessibilityProperties
De huidige toegankelijkheidsopties voor dit weergaveobject. | DisplayObject | ||
alpha : Number
Geeft de alpha-transparantiewaarde van het opgegeven object aan. | DisplayObject | ||
autoSize : String
Hiermee wordt een tekenreeks opgehaald of ingesteld die aangeeft hoe de grootte en uitlijning van een label worden ingesteld om overeen te komen met de waarde van de eigenschap text. | Label | ||
blendMode : String
Een waarde uit de klasse BlendMode die opgeeft welke overvloeimodus moet worden gebruikt. | DisplayObject | ||
blendShader : Shader [alleen-schrijven]
Stelt de arcering in die moet worden gebruikt om voor- en achtergrond in elkaar te laten overvloeien. | DisplayObject | ||
buttonMode : Boolean
Geeft de knopmodus van deze sprite op. | Sprite | ||
cacheAsBitmap : Boolean
Indien ingesteld op true, plaatsen Flash-runtimes een interne bitmaprepresentatie van het weergaveobject in cache. | DisplayObject | ||
cacheAsBitmapMatrix : Matrix
Als dit Matrix-object niet null is, definieert het hoe een weergaveobject wordt gerenderd als cacheAsBitmap wordt ingesteld op true. | DisplayObject | ||
condenseWhite : Boolean
Hiermee wordt een waarde opgehaald of ingesteld die aangeeft of extra witruimte zoals spaties en regeleinden in een component Label met HTML-tekst moet worden verwijderd. | Label | ||
constructor : Object
Verwijzing naar het klasseobject of de constructorfunctie van een bepaalde objectinstantie. | Object | ||
contextMenu : NativeMenu
Geeft het contextmenu op dat is gekoppeld aan dit object. | InteractiveObject | ||
doubleClickEnabled : Boolean
Geeft op of dit object gebeurtenissen doubleClick ontvangt. | InteractiveObject | ||
dropTarget : DisplayObject [alleen-lezen]
Geeft het weergaveobject op waarover de sprite wordt gesleept of waarop de sprite is neergezet. | Sprite | ||
enabled : Boolean
Hiermee wordt een waarde opgehaald of ingesteld die aangeeft of de component gebruikersinteractie kan accepteren. | UIComponent | ||
filters : Array
Een geïndexeerde array die elk filterobject bevat dat momenteel is gekoppeld aan het weergaveobject. | DisplayObject | ||
focusEnabled : Boolean
Hiermee wordt een Booleaanse waarde opgehaald of ingesteld die aangeeft of de component focus kan krijgen nadat de gebruiker erop heeft geklikt. | UIComponent | ||
focusManager : IFocusManager
Hiermee wordt de FocusManager opgehaald of ingesteld die de focus voor deze component en de andere items op hetzelfde niveau bepaalt. | UIComponent | ||
focusRect : Object
Geeft op of dit object een focusrechthoek weergeeft. | InteractiveObject | ||
graphics : Graphics [alleen-lezen]
Geeft het object Graphics op dat bij deze sprite hoort, waarbij vectortekenopdrachten kunnen optreden. | Sprite | ||
height : Number [overschrijven]
Hiermee wordt de hoogte van de component, in pixels, opgehaald of ingesteld. | Label | ||
hitArea : Sprite
Wijst een andere sprite aan als raakgebied voor een sprite. | Sprite | ||
htmlText : String
Hiermee wordt de tekst opgehaald of ingesteld die door de component Label moet worden weergegeven, inclusief HTML-opmaak die de stijlen van die tekst uitdrukt. | Label | ||
loaderInfo : LoaderInfo [alleen-lezen]
Retourneert een object LoaderInfo dat informatie bevat over het laden van het bestand waartoe dit weergaveobject behoort. | DisplayObject | ||
mask : DisplayObject
Het aanroepende weergaveobject wordt gemaskeerd door het opgegeven object mask. | DisplayObject | ||
metaData : Object
Krijgt het metagegevensobject van de DisplayObject-instantie als de metagegevens zijn opgeslagen naast de instantie van dit DisplayObject in het SWF-bestand door een PlaceObject4-markering. | DisplayObject | ||
mouseChildren : Boolean
Bepaalt of de onderliggende elementen van het object door de muis of door een gebruikersinvoerapparaat worden ingeschakeld. | DisplayObjectContainer | ||
mouseEnabled : Boolean
Geeft aan of dit object berichten van de muis of gebruikersinvoer ontvangt. | InteractiveObject | ||
mouseFocusEnabled : Boolean
Hiermee wordt een waarde opgehaald of ingesteld die aangeeft of de component focus kan krijgen nadat de gebruiker erop heeft geklikt. | UIComponent | ||
mouseX : Number [alleen-lezen]
Geeft de x-coördinaat van de apparaatpositie van de muis of de gebruikersinvoer aan in pixels. | DisplayObject | ||
mouseY : Number [alleen-lezen]
Geeft de y-coördinaat van de apparaatpositie van de muis of de gebruikersinvoer aan in pixels. | DisplayObject | ||
name : String
Geeft de instantienaam van het DisplayObject aan. | DisplayObject | ||
needsSoftKeyboard : Boolean
Geeft aan of een virtueel toetsenbord (een softwaretoetsenbord op het scherm) moet worden weergegeven wanneer deze InteractiveObject-instantie focus krijgt. | InteractiveObject | ||
numChildren : int [alleen-lezen]
Retourneert het aantal onderliggende objecten van dit object. | DisplayObjectContainer | ||
opaqueBackground : Object
Geeft op of het weergaveobject dekkend is met een bepaalde achtergrondkleur. | DisplayObject | ||
parent : DisplayObjectContainer [alleen-lezen]
Geeft het object DisplayObjectContainer aan dat dit weergaveobject bevat. | DisplayObject | ||
root : DisplayObject [alleen-lezen]
Voor een weergaveobject in een geladen SWF-bestand is de eigenschap root het bovenste weergaveobject in het gedeelte van de boomstructuur van het weergaveoverzicht dat wordt vertegenwoordigd door dat SWF-bestand. | DisplayObject | ||
rotation : Number
Geeft de rotatie van de instantie DisplayObject vanaf de oorspronkelijke oriëntatie (in graden) aan. | DisplayObject | ||
rotationX : Number
Geeft in graden de X-asrotatie van de DisplayObject-instantie aan ten opzichte van de 3D parent-container. | DisplayObject | ||
rotationY : Number
Geeft in graden de y-asrotatie van de DisplayObject-instantie aan ten opzichte van de 3D parent-container. | DisplayObject | ||
rotationZ : Number
Geeft in graden de z-asrotatie van de DisplayObject-instantie aan ten opzichte van de 3D parent-container. | DisplayObject | ||
scale9Grid : Rectangle
Het huidige schaalraster dat wordt gebruikt. | DisplayObject | ||
scaleX : Number [overschrijven]
Hiermee wordt de huidige breedte van de component met een schaalfactor vermenigvuldigd. | UIComponent | ||
scaleY : Number [overschrijven]
Hiermee wordt de huidige hoogte van de component met een schaalfactor vermenigvuldigd. | UIComponent | ||
scaleZ : Number
Bepaalt de diepteschaal (percentage) van een object zoals deze wordt toegepast vanuit het registratiepunt van het object. | DisplayObject | ||
scrollRect : Rectangle
De verschuivende rechthoekgrenzen van het weergaveobject. | DisplayObject | ||
selectable : Boolean
Hiermee wordt een waarde opgehaald of ingesteld die aangeeft of de tekst kan worden geselecteerd. | Label | ||
softKeyboard : String
Bepaalt het uiterlijk van het schermtoetsenbord. | InteractiveObject | ||
softKeyboardInputAreaOfInterest : Rectangle
Definieert het gebied dat als scherm moet blijven fungeren wanneer een softwaretoetsenbord wordt weergegeven (niet beschikbaar op iOS). | InteractiveObject | ||
soundTransform : flash.media:SoundTransform
Beheert geluid binnen deze sprite. | Sprite | ||
stage : Stage [alleen-lezen]
Het werkgebied van het weergaveobject. | DisplayObject | ||
tabChildren : Boolean
Bepaalt of de onderliggende objecten van het object tabnavigatie hebben. | DisplayObjectContainer | ||
tabEnabled : Boolean
Geeft op of dit object in de tabvolgorde is opgenomen. | InteractiveObject | ||
tabIndex : int
Geeft de tabvolgorde van objecten in een SWF-bestand op. | InteractiveObject | ||
text : String
Hiermee wordt de onbewerkte tekst opgehaald of ingesteld die moet worden weergegeven in de component Label. | Label | ||
textField : flash.text:TextField
Een verwijzing naar het interne tekstveld van de component Label. | Label | ||
textSnapshot : flash.text:TextSnapshot [alleen-lezen]
Retourneert een object TextSnapshot voor deze instantie DisplayObjectContainer. | DisplayObjectContainer | ||
transform : flash.geom:Transform
Een object met eigenschappen die betrekking hebben op de matrix van een weergaveobject, de kleurtransformatie en de pixelbeperkingen. | DisplayObject | ||
useHandCursor : Boolean
Een Booleaanse waarde die aangeeft of het wijzende handje wordt weergegeven wanneer de cursor wordt bewogen over een sprite waarin de eigenschap buttonMode is ingesteld op true. | Sprite | ||
visible : Boolean [overschrijven]
Hiermee wordt een waarde opgehaald of ingesteld die aangeeft of de huidige componentinstantie zichtbaar is. | UIComponent | ||
width : Number [overschrijven]
Hiermee wordt de breedte van de component, in pixels, opgehaald of ingesteld. | Label | ||
wordWrap : Boolean
Hiermee wordt een waarde ingesteld of opgehaald die aangeeft of het tekstveld tekstomloop ondersteund. | Label | ||
x : Number [overschrijven]
Hiermee wordt de x-coördinaat opgehaald of ingesteld die de positie van de component langs de x-as binnen de bovenliggende container vertegenwoordigt. | UIComponent | ||
y : Number [overschrijven]
Hiermee wordt de y-coördinaat opgehaald of ingesteld die de positie van de component langs de y-as binnen de bovenliggende container vertegenwoordigt. | UIComponent | ||
z : Number
Geeft de z-coördinaatpositie langs de z-as van de DisplayObject-instantie aan ten opzichte van de bovenliggende 3D-container. | DisplayObject |
Methode | Gedefinieerd door | ||
---|---|---|---|
Label()
Hiermee wordt een nieuwe componentinstantie Label gemaakt. | Label | ||
Voegt een onderliggende instantie DisplayObject toe aan deze instantie DisplayObjectContainer. | DisplayObjectContainer | ||
Voegt een onderliggende instantie DisplayObject toe aan deze instantie DisplayObjectContainer. | DisplayObjectContainer | ||
addEventListener(type:String, listener:Function, useCapture:Boolean = false, priority:int = 0, useWeakReference:Boolean = false):void
Registreert een gebeurtenislistenerobject bij een object EventDispatcher, zodat de listener een melding van een gebeurtenis ontvangt. | EventDispatcher | ||
Geeft aan of vanwege beveiligingsbeperkingen weergaveobjecten worden weggelaten uit de lijst die wordt geretourneerd wanneer de methode DisplayObjectContainer.getObjectsUnderPoint() wordt aangeroepen met het opgegeven punt. | DisplayObjectContainer | ||
Hiermee wordt een stijleigenschap van deze componentinstantie verwijderd. | UIComponent | ||
Bepaalt of het opgegeven weergaveobject een onderliggend object van de instantie DisplayObjectContainer of de instantie zelf is. | DisplayObjectContainer | ||
Verzendt een gebeurtenis naar de gebeurtenisstroom. | EventDispatcher | ||
Hiermee wordt de focusindicator van deze component weergegeven of verborgen. | UIComponent | ||
Hiermee wordt een directe tekenhandeling gestart zonder dat alles ongeldig wordt gemaakt, zoals met invalidateNow. | UIComponent | ||
Retourneert een rechthoek die het gebied van het weergaveobject aangeeft ten opzichte van het coördinatensysteem van het object targetCoordinateSpace. | DisplayObject | ||
Retourneert de onderliggende weergaveobjectinstantie bij de opgegeven index. | DisplayObjectContainer | ||
Retourneert de onderliggende weergaveobjectinstantie met de opgegeven naam. | DisplayObjectContainer | ||
Retourneert de indexpositie van een onderliggende instantie DisplayObject. | DisplayObjectContainer | ||
Hiermee wordt het object opgehaald dat momenteel focus heeft. | UIComponent | ||
Retourneert een array met objecten die zich onder het opgegeven punt bevinden en onderliggende objecten van deze instantie DisplayObjectContainer zijn (of onderliggende objecten van onderliggende objecten van die instantie). | DisplayObjectContainer | ||
Retourneert een rechthoek die de grens van het weergaveobject aangeeft op basis van het coördinatensysteem dat wordt gedefinieerd door de paramater targetCoordinateSpace, minus enige streken op vormen. | DisplayObject | ||
Hiermee wordt een stijleigenschap opgehaald die in de stijlopzoekketen van de component is ingesteld. | UIComponent | ||
[statisch]
Hiermee wordt de standaardstijlkaart voor de huidige component opgehaald. | Label | ||
Hiermee worden de (algemene) werkgebiedcoördinaten van het object point omgezet in (lokale) objectcoördinaten. | DisplayObject | ||
Converteert een tweedimensionaal punt van de (algemene) werkruimtecoördinaten naar (lokale) coördinaten van een driedimensionaal weergaveobject. | DisplayObject | ||
Controleert of het object EventDispatcher listeners heeft geregistreerd voor een specifiek type gebeurtenis. | EventDispatcher | ||
Geeft aan of voor een object een opgegeven eigenschap is gedefinieerd. | Object | ||
Evalueert het selectiekader van het weergaveobject om te zien of dit het selectiekader van het weergaveobject obj overlapt of snijdt. | DisplayObject | ||
Hiermee wordt het weergaveobject geëvalueerd om te zien of deze een punt dat is opgegeven door de parameters x en y, overlapt of doorsnijdt. | DisplayObject | ||
Hiermee wordt een eigenschap als ongeldig gemarkeerd en wordt de component bij het volgende frame opnieuw getekend, tenzij anders wordt aangegeven. | UIComponent | ||
Geeft aan of een instantie van de klasse Object zich in de prototypeketen van het object bevindt dat als parameter is opgegeven. | Object | ||
Converteert een driedimensionaal punt van de (lokale) coördinaten van het driedimensionale weergaveobject naar een tweedimensionaal punt in de (algemene) werkruimtecoördinaten. | DisplayObject | ||
Hiermee worden de (lokale) weergaveobjectcoördinaten van het object point omgezet in (algemene) werkgebiedcoördinaten. | DisplayObject | ||
[statisch]
Hiermee worden de stijlen van meerdere klassen in één object samengevoegd. | UIComponent | ||
Hiermee wordt de component naar de opgegeven positie binnen het bovenliggende item verplaatst. | UIComponent | ||
Geeft aan of de opgegeven eigenschap bestaat en kan worden opgesomd. | Object | ||
Verwijdert de opgegeven onderliggende instantie DisplayObject uit de lijst met onderliggende objecten van de instantie DisplayObjectContainer. | DisplayObjectContainer | ||
Verwijdert een onderliggend DisplayObject uit de opgegeven indexpositie in de lijst met onderliggende objecten van de DisplayObjectContainer. | DisplayObjectContainer | ||
Verwijdert alle onderliggende DisplayObject-instanties uit de lijst met onderliggende objecten van de instantie DisplayObjectContainer. | DisplayObjectContainer | ||
Verwijdert een listener uit het object EventDispatcher. | EventDispatcher | ||
Geeft een virtueel toetsenbord weer. | InteractiveObject | ||
Wijzigt de positie van een bestaand onderliggend object in de weergaveobjectcontainer. | DisplayObjectContainer | ||
Hiermee wordt de focus ingesteld op deze component. | UIComponent | ||
Stelt de beschikbaarheid van een dynamische eigenschap voor lusbewerkingen in. | Object | ||
Hiermee wordt de grootte van de component op de opgegeven breedte en hoogte ingesteld. | UIComponent | ||
Hiermee wordt een stijleigenschap op deze componentinstantie ingesteld. | UIComponent | ||
Hiermee kan de gebruiker de opgegeven sprite slepen. | Sprite | ||
Hiermee kan de gebruiker de opgegeven sprite naar een apparaat met aanraakbediening slepen. | Sprite | ||
Stopt recursief de tijdlijnuitvoering van alle filmclips die beginnen bij dit object. | DisplayObjectContainer | ||
Beëindigt de methode startDrag(). | Sprite | ||
Beëindigt de startTouchDrag()-methode, voor gebruik met apparaten met aanraakbediening. | Sprite | ||
Wisselt de z-volgorde (van voor naar achter) van de twee opgegeven onderliggende objecten om. | DisplayObjectContainer | ||
Wisselt de z-volgorde (van voor naar achter) van de onderliggende objecten op de twee opgegeven indexposities in de lijst met onderliggende objecten om. | DisplayObjectContainer | ||
Geeft de tekenreeksweergave van dit object weer, geformatteerd volgens de locatiespecifieke conventies. | Object | ||
Retourneert een tekenreeksrepresentatie van het opgegeven object. | Object | ||
Hiermee worden de eigenschappen en de lay-out van dit object gevalideerd en bijgewerkt, waarbij het object zonodig opnieuw wordt getekend. | UIComponent | ||
Retourneert de primitieve waarde van het opgegeven object. | Object | ||
Controleert of een gebeurtenislistener is geregistreerd bij dit object EventDispatcher of een van de voorouders voor het opgegeven type gebeurtenis. | EventDispatcher |
Gebeurtenis | Overzicht | Gedefinieerd door | ||
---|---|---|---|---|
[uitgezonden gebeurtenis] Wordt verzonden wanneer Flash Player of de AIR-toepassing de besturingssysteemfocus krijgt en actief wordt. | EventDispatcher | |||
Wordt verzonden wanneer een weergaveobject aan het weergaveoverzicht wordt toegevoegd. | DisplayObject | |||
Wordt verzonden wanneer een weergaveobject direct of via toevoeging van een subboomstructuur die het weergaveobject bevat, aan het weergaveoverzicht van het werkgebied wordt toegevoegd. | DisplayObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker Wissen of Verwijderen kiest in het snelmenu. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer een gebruiker op de hoofdknop van het aanwijsapparaat drukt en deze boven hetzelfde InteractiveObject loslaat. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer een handeling van de gebruiker het snelmenu opent dat aan dit interactieve object in een AIR-toepassing is gekoppeld. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker de platformspecifieke toetsencombinatie voor een kopieerbewerking gebruikt of Kopiëren kiest in het contextmenu. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker de platformspecifieke toetsencombinatie voor een knipbewerking gebruikt of Knippen kiest in het contextmenu. | InteractiveObject | |||
[uitgezonden gebeurtenis] Wordt verzonden wanneer Flash Player of de AIR-toepassing de systeemfocus verliest en inactief wordt. | EventDispatcher | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker tweemaal snel achtereen op de hoofdknop van een aanwijsapparaat drukt en deze boven hetzelfde InteractiveObject loslaat wanneer de markering doubleClickEnabled van dit object op true is ingesteld. | InteractiveObject | |||
[uitzendgebeurtenis] Wordt verzonden wanneer de afspeelkop een nieuw frame ingaat. | DisplayObject | |||
[uitzendgebeurtenis] Wordt verzonden wanneer de afspeelkop het huidige frame verlaat. | DisplayObject | |||
Wordt verzonden nadat een weergaveobject focus heeft gekregen. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden nadat een weergaveobject focus heeft verloren. | InteractiveObject | |||
[uitzendgebeurtenis] Wordt verzonden nadat de constructors van frameweergaveobjecten zijn uitgevoerd, maar voordat framescripts zijn uitgevoerd. | DisplayObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker een aanraakpunt langs de rand van het touchoppervlak maakt met een InteractiveObject-instantie (zoals wanneer u langs de rand van het touchoppervlak op Siri Extern voor Apple TV tikt). Sommige apparaten interpreteren dit contact misschien ook als een combinatie van verschillende aanraakgebeurtenissen. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker op twee aanraakpunten drukt op dezelfde InteractiveObject-instantie op een apparaat met aanraakbediening (zoals wanneer de gebruiker met twee vingers op een weergaveobject op een gsm of tablet met aanraakscherm drukt en vervolgens weer loslaat). | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker een aanraakpunt over de InteractiveObject-instantie beweegt op een apparaat met aanraakbediening (zoals wanneer de gebruiker een vinger van links naar rechts beweegt over een weergaveobject op een gsm of tablet met aanraakscherm). | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker een zoombeweging maakt op een aanraakpunt met een InteractiveObject-instantie (zoals wanneer de gebruiker een scherm aanraakt met twee vingers en deze vervolgens roteert over een weergaveobject op een gsm of tablet met een aanraakscherm). | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker een veegbeweging maakt op een aanraakpunt met een InteractiveObject-instantie (zoals wanneer de gebruiker een scherm aanraakt met drie vingers en deze vervolgens parallel beweegt over een weergaveobject op een gsm of tablet met een aanraakscherm). | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker een aanraakpunt maakt met een InteractiveObject-instantie en vervolgens op een apparaat met aanraakbediening drukt (zoals wanneer de gebruiker een paar vingers op een weergaveobject plaatst om een menu te openen en er met een vinger op drukt om een menu-item op een gsm of tablet met een aanraakscherm te selecteren). | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker een zoombeweging maakt op een aanraakpunt met een InteractiveObject-instantie (zoals wanneer de gebruiker een scherm aanraakt met twee vingers en deze vervolgens snel spreidt over een weergaveobject op een gsm of tablet met een aanraakscherm). | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden nadat de zichtbaarheid van de component van zichtbaar in onzichtbaar is gewijzigd. | UIComponent | |||
Deze gebeurtenis wordt verzonden naar elke clienttoepassing die inline-invoer met een IME ondersteunt. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker op een toets drukt. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker focus probeert te wijzigen met toetsenbordnavigatie. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker een toets loslaat. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer een gebruiker op de middelste knop van het aanwijsapparaat drukt en deze boven hetzelfde InteractiveObject loslaat. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer een gebruiker op de middelste aanwijsapparaatknop drukt over een instantie InteractiveObject. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer een gebruiker de aanwijsapparaatknop over een instantie InteractiveObject beweegt. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer een gebruiker op de aanwijsapparaatknop drukt over een instantie InteractiveObject. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker focus probeert te wijzigen met een aanwijsapparaat. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker het aanwijsapparaat verplaatst terwijl het zich boven een InteractiveObject bevindt. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker een aanwijsapparaat van een instantie InteractiveObject af verplaatst. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker een aanwijsapparaat over een instantie InteractiveObject beweegt. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer een gebruiker de aanwijsapparaatknop over een instantie InteractiveObject beweegt. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer een muiswiel over een instantie InteractiveObject wordt gedraaid. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden nadat de component is verplaatst. | UIComponent | |||
Wordt verzonden door de sleepinitiator InteractiveObject wanneer de gebruiker de sleepbeweging onderbreekt. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden door het doel InteractiveObject wanneer een gesleept object erop wordt neergezet en het neerzetten is geaccepteerd met een aanroep van DragManager.acceptDragDrop(). | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden door een InteractiveObject wanneer een sleepbeweging binnen de grens komt. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden door een InteractiveObject wanneer een sleepbeweging buiten de grens komt. | InteractiveObject | |||
Wordt continu verzonden door een InteractiveObject zolang een sleepbeweging binnen de grenzen blijft. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden aan het begin van een sleepbewerking door het InteractiveObject dat in de aanroep DragManager.doDrag() is opgegeven als de sleepinitiator. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden tijdens een sleepbewerking door het InteractiveObject dat in de aanroep DragManager.doDrag() is opgegeven als de sleepinitiator. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker de platformspecifieke toetsencombinatie voor een plakbewerking gebruikt of Plakken kiest in het contextmenu. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker een actieve stylus omlaag en binnen de detectiedrempel van het scherm plaatst. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker een actieve stylus boven de detectiedrempel van het scherm tilt. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker een actieve stylus boven het scherm plaatst en binnen de detectiedrempel blijft. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker een actieve stylus bij dit InteractiveObject weghaalt, maar wel binnen de detectiedrempel van het scherm blijft. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker een actieve stylus recht boven dit InteractiveObject plaatst en binnen de detectiedrempel van het scherm blijft. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker een actieve stylus van dit InteractiveObject en eventuele onderliggende elementen weghaalt, maar wel binnen de detectiedrempel van het scherm blijft. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker een actieve stylus van buiten de afstammelingenstructuur van het object in de weergavelijst (maar dicht genoeg bij het scherm om binnen de detectiedrempel te blijven) boven dit InteractiveObject plaatst. | InteractiveObject | |||
Verzonden wanneer een gebruiker de knop op het aanwijsapparaat loslaat nadat hij de knop eerst boven een InteractiveObject-instantie heeft ingedrukt en het aanwijsapparaat vervolgens van deze instantie heeft verplaatst. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden vlak voordat een weergaveobject uit het weergaveoverzicht wordt verwijderd. | DisplayObject | |||
Wordt verzonden vlak voordat een weergaveobject uit het weergaveoverzicht wordt verwijderd. Dit kan rechtstreeks gebeuren of door de subboomstructuur te verwijderen die het weergaveobject bevat. | DisplayObject | |||
[uitzendgebeurtenis] Wordt verzonden wanneer de weergavelijst op het punt staat te worden bijgewerkt en gerenderd. | DisplayObject | |||
Wordt verzonden nadat de breedte of hoogte van de component is gewijzigd. | Label | |||
Wordt verzonden wanneer een gebruiker op de rechterknop van het aanwijsapparaat drukt en deze boven hetzelfde InteractiveObject loslaat. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer een gebruiker op de aanwijsapparaatknop drukt over een instantie InteractiveObject. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer een gebruiker de aanwijsapparaatknop over een instantie InteractiveObject beweegt. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker een aanwijsapparaat van een instantie InteractiveObject af verplaatst. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker een aanwijsapparaat over een instantie InteractiveObject beweegt. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker de platformspecifieke toetsencombinatie gebruikt voor de bewerking Alles selecteren of Alles selecteren kiest in het snelmenu. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden nadat de zichtbaarheid van de component van onzichtbaar in zichtbaar is gewijzigd. | UIComponent | |||
Wordt meteen verzonden nadat het softwaretoetsenbord wordt weergegeven. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden vlak voordat het softwaretoetsenbord wordt weergegeven. | InteractiveObject | |||
Wordt meteen verzonden nadat het softwaretoetsenbord van het scherm is verdwenen. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de waarde van de markering tabChildren van het object wordt gewijzigd. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de markering tabEnabled van het object wordt gewijzigd. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de waarde van de eigenschap tabIndex van het object wordt gewijzigd. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer een gebruiker een tekst van een of meer tekens invoert. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker voor het eerst een apparaat met aanraakbediening aanraakt (zoals wanneer de gebruiker een gsm of tablet met aanraakscherm met een vinger aanraakt). | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker het contact met een apparaat met aanraakbediening verwijdert (zoals wanneer de gebruiker een vinger van een gsm of tablet met aanraakscherm tilt). | InteractiveObject | |||
De gebeurtenis wordt continu verzonden, vanaf het moment dat de gebruiker het apparaat aanraakt, tot het moment dat de aanraking ophoudt. | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker het contactpunt over een InteractiveObject-instantie op een apparaat met aanraakbediening beweegt (zoals wanneer de gebruiker een vinger van een weergaveobject naar een ander weergaveobject op een gsm of tablet met aanraakscherm sleept). | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker het contactpunt over een InteractiveObject-instantie op een apparaat met aanraakbediening beweegt (zoals wanneer de gebruiker een vinger van een punt buiten een weergaveobject naar een punt op een weergaveobject op een gsm of tablet met aanraakscherm versleept). | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker het aanraakpunt bij een InteractiveObject-instantie vandaan verplaatst op een apparaat met aanraakfunctionaliteit (zoals wanneer de gebruiker een vinger van een punt boven het weergaveobject naar een punt buiten het object sleept op een mobiele telefoon of een tablet met een aanraakscherm). | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker het contactpunt over een InteractiveObject-instantie op een apparaat met aanraakbediening beweegt (zoals wanneer de gebruiker een vinger van een punt buiten een weergaveobject naar een punt op een weergaveobject op een gsm of tablet met aanraakscherm versleept). | InteractiveObject | |||
Wordt verzonden wanneer de gebruiker het contactpunt op dezelfde InteractiveObject-instantie tilt waarop het contact op een apparaat met aanraakbediening was geïnitialiseerd (zoals wanneer de gebruiker een vinger op één punt van een weergaveobject drukt en vervolgens loslaat op een gsm of tablet met aanraakscherm). | InteractiveObject |
Stijlen zijn of algemeen of ze zijn gekoppeld aan een bepaald thema. Als de stijl algemeen is, kan deze bij elk thema worden gebruikt. Als een stijl is gekoppeld aan een bepaald thema, kan de stijl alleen worden gebruikt als uw toepassing het desbetreffende thema gebruikt.
Stijl | Beschrijving | Gedefinieerd door | ||
---|---|---|---|---|
Type: flash.text.TextFormat Taalversie: ActionScript 3.0 Productversie: Flash CS3 Runtimeversies: Flash9.0.28.0, AIR 1.0 Het objectTextFormat dat moet worden gebruikt om het componentlabel te renderen wanneer de knop is uitgeschakeld. | UIComponent | |||
embedFonts | Type: Boolean Taalversie: ActionScript 3.0 Productversie: Flash CS3 Runtimeversies: Flash9.0.28.0, AIR 1.0 Hiermee wordt aangegeven of ingesloten lettertypen worden gebruikt om het tekstveld te renderen. Als de waarde true is, rendert Flash Player het tekstveld met behulp van ingesloten lettertypen. Als deze waarde false is, rendert Flash Player het tekstveld met apparaatlettertypen.
Als u de eigenschap false . | Label | ||
Type: Number Indeling: Length Taalversie: ActionScript 3.0 Productversie: Flash CS3 Runtimeversies: Flash9.0.28.0, AIR 1.0 De opvulling die fungeert als scheiding tussen de buitenste begrenzing van de component en de buitenste randen van de focusindicator, in pixels. | UIComponent | |||
Type: Class Taalversie: ActionScript 3.0 Productversie: Flash CS3 Runtimeversies: Flash9.0.28.0, AIR 1.0 De skin die moet worden gebruikt om focusindicatoren weer te geven. | UIComponent | |||
Type: flash.text.TextFormat Taalversie: ActionScript 3.0 Productversie: Flash CS3 Runtimeversies: Flash9.0.28.0, AIR 1.0 Het objectTextFormat dat moet worden gebruikt om het componentlabel te renderen. | UIComponent |
autoSize | eigenschap |
autoSize:String
Taalversie: | ActionScript 3.0 |
Productversie: | Flash CS3 |
Runtimeversies: | Flash Player 9.0.28.0, AIR 1.0 |
Hiermee wordt een tekenreeks opgehaald of ingesteld die aangeeft hoe de grootte en uitlijning van een label worden ingesteld om overeen te komen met de waarde van de eigenschap text
. De volgende waarden zijn geldig:
TextFieldAutoSize.NONE
: De grootte en uitlijning van een label worden niet aangepast aan de tekst.TextFieldAutoSize.LEFT
: de grootten van de rechterzijde en onderzijde van het label worden aangepast aan de tekst. De grootten van de linkerzijde en bovenzijde worden niet aangepast.TextFieldAutoSize.CENTER
: de grootten van de linkerzijde en rechterzijde van het label worden aangepast aan de tekst. Het horizontale midden van het label blijft verankerd op de oorspronkelijke horizontale middenpositie.TextFieldAutoSize.RIGHT
: de grootten van de linkerzijde en onderzijde van het label worden aangepast aan de tekst. De grootten van de rechterzijde en bovenzijde worden niet aangepast.
De standaardwaarde is TextFieldAutoSize.NONE.
Implementatie
public function get autoSize():String
public function set autoSize(value:String):void
Verwante API-elementen
Voorbeeld ( Hoe dit voorbeeld te gebruiken )
import flash.text.TextFieldAutoSize; import fl.controls.Label; var testString:String = "Lorem ipsum dolor sit amet."; var label1:Label = new Label(); var label2:Label = new Label(); var label3:Label = new Label(); label1.move(10,10); label2.move(10,50); label3.move(10,90); label1.width = stage.stageWidth - 20; label2.width = stage.stageWidth - 20; label3.width = stage.stageWidth - 20; label1.text = testString; label2.text = testString; label3.text = testString; label1.autoSize = TextFieldAutoSize.LEFT; label2.autoSize = TextFieldAutoSize.CENTER; label3.autoSize = TextFieldAutoSize.RIGHT; addChild(label1); addChild(label2); addChild(label3);
condenseWhite | eigenschap |
condenseWhite:Boolean
Taalversie: | ActionScript 3.0 |
Productversie: | Flash CS3 |
Runtimeversies: | Flash Player 9.0.28.0, AIR 1.0 |
Hiermee wordt een waarde opgehaald of ingesteld die aangeeft of extra witruimte zoals spaties en regeleinden in een component Label met HTML-tekst moet worden verwijderd. De waarde true
geeft aan dat witruimte moet worden verwijderd, de waarde false
geeft aan dat deze blijft staan.
De eigenschap condenseWhite
heeft uitsluitend invloed op tekst die is ingesteld met de eigenschap htmlText
, niet met de eigenschap text
. Wanneer u tekst instelt met de eigenschap text
, wordt de eigenschap condenseWhite
genegeerd.
Wanneer u de eigenschap condenseWhite
op true
instelt, moet u standaard HTML-opdrachten, zoals <br> and <p>, gebruiken om regeleinden op te nemen in het tekstveld.
De standaardwaarde is false.
Implementatie
public function get condenseWhite():Boolean
public function set condenseWhite(value:Boolean):void
Verwante API-elementen
Voorbeeld ( Hoe dit voorbeeld te gebruiken )
import fl.controls.Label; var testString:String = " Hello World"; var label1:Label = new Label(); label1.move(10,10); label1.htmlText = testString; addChild(label1); var label2:Label = new Label(); label2.move(10,40); label2.condenseWhite = true; label2.htmlText = testString; addChild(label2);
height | eigenschap |
height:Number
[overschrijven] Taalversie: | ActionScript 3.0 |
Productversie: | Flash CS3 |
Runtimeversies: | Flash Player 9.0.28.0, AIR 1.0 |
Hiermee wordt de hoogte van de component, in pixels, opgehaald of ingesteld.
Het instellen van deze eigenschap heeft het verzenden van een gebeurtenis resize
tot gevolg. Zie de gebeurtenis resize
voor gedetailleerde informatie over wanneer deze gebeurtenis wordt verzonden.
Wanneer de eigenschap scaleY
van de component niet 1,0 is, zal de hoogte van de component, die wordt verkregen via de interne coördinaten ervan, niet overeenkomen met de hoogtewaarde van de coördinaten van het bovenliggende element. Een component die 100 pixels hoog is en een scaleY
van 2 heeft, heeft bijvoorbeeld een waarde van 100 pixels in het bovenliggende element, maar slaat intern een waarde op die een hoogte opgeeft van 50 pixels.
Implementatie
override public function get height():Number
override public function set height(value:Number):void
Verwante API-elementen
htmlText | eigenschap |
htmlText:String
Taalversie: | ActionScript 3.0 |
Productversie: | Flash CS3 |
Runtimeversies: | Flash Player 9.0.28.0, AIR 1.0 |
Hiermee wordt de tekst opgehaald of ingesteld die door de component Label moet worden weergegeven, inclusief HTML-opmaak die de stijlen van die tekst uitdrukt. In deze eigenschap kunt u HTML-tekst opgeven door de subset van HTML-tags te gebruiken die wordt ondersteund door het object TextField.
Wanneer de standaardwaarde van de eigenschap text
in Eigenschapcontrole wordt gewijzigd, heeft deze gewijzigde waarde voorrang op elke waarde in het eigenschapveld htmlText
in Eigenschapcontrole. Als u de eigenschap htmlText
in Eigenschapcontrole wilt gebruiken, moet het eigenschapveld text
de waarde Label
bevatten, zoals wordt getoond. Wanneer u codeert met ActionScript, hoeft u de waarde van de eigenschap text
niet in te stellen, de standaardwaarde is Label
.
De standaardwaarde is "".
Implementatie
public function get htmlText():String
public function set htmlText(value:String):void
Verwante API-elementen
selectable | eigenschap |
selectable:Boolean
Taalversie: | ActionScript 3.0 |
Productversie: | Flash CS3 |
Runtimeversies: | Flash Player 9.0.28.0, AIR 1.0 |
Hiermee wordt een waarde opgehaald of ingesteld die aangeeft of de tekst kan worden geselecteerd. De waarde true
geeft aan dat deze kan worden geselecteerd. De waarde false
geeft aan dat dit niet mogelijk is.
Tekst die kan worden geselecteerd, kan door de gebruiker uit de component Label worden gekopieerd.
De standaardwaarde is false.
Implementatie
public function get selectable():Boolean
public function set selectable(value:Boolean):void
text | eigenschap |
text:String
Taalversie: | ActionScript 3.0 |
Productversie: | Flash CS3 |
Runtimeversies: | Flash Player 9.0.28.0, AIR 1.0 |
Hiermee wordt de onbewerkte tekst opgehaald of ingesteld die moet worden weergegeven in de component Label.
Tekens die HTML-markeringen voorstellen, hebben geen speciale betekenis in de tekenreeks en worden weergegeven wanneer ze worden ingevoerd.
Gebruik de eigenschap htmlText
om tekst weer te geven die HTML-tags bevat. De HTML vervangt tekst die u instelt met de eigenschap htmlText
en de eigenschap text
retourneert een onopgemaakte tekstversie van de HTML-tekst, waaruit de HTML-tags zijn verwijderd.
Wanneer de eigenschap text
in Eigenschapcontrole een andere waarde krijgt dan de standaardwaarde, heeft deze voorrang op de eigenschap htmlText
in Eigenschapcontrole.
De standaardwaarde is "Label".
Implementatie
public function get text():String
public function set text(value:String):void
Verwante API-elementen
textField | eigenschap |
public var textField:flash.text:TextField
Taalversie: | ActionScript 3.0 |
Productversie: | Flash CS3 |
Runtimeversies: | Flash Player 9.0.28.0, AIR 1.0 |
Een verwijzing naar het interne tekstveld van de component Label.
width | eigenschap |
width:Number
[overschrijven] Taalversie: | ActionScript 3.0 |
Productversie: | Flash CS3 |
Runtimeversies: | Flash Player 9.0.28.0, AIR 1.0 |
Hiermee wordt de breedte van de component, in pixels, opgehaald of ingesteld.
Het instellen van deze eigenschap heeft het verzenden van een gebeurtenis resize
tot gevolg. Zie de gebeurtenis resize
voor gedetailleerde informatie over wanneer deze gebeurtenis wordt verzonden.
Wanneer de eigenschap scaleX
van de component niet 1,0 is, zal de breedte van de component, die wordt verkregen via de interne coördinaten ervan, niet overeenkomen met de breedtewaarde van de coördinaten van het bovenliggende element. Een component die 100 pixels breed is en een scaleX
van 2 heeft, heeft bijvoorbeeld een waarde van 100 pixels in het bovenliggende element, maar slaat intern een waarde op die een breedte opgeeft van 50 pixels.
Implementatie
override public function get width():Number
override public function set width(value:Number):void
Verwante API-elementen
wordWrap | eigenschap |
wordWrap:Boolean
Taalversie: | ActionScript 3.0 |
Productversie: | Flash CS3 |
Runtimeversies: | Flash Player 9.0.28.0, AIR 1.0 |
Hiermee wordt een waarde ingesteld of opgehaald die aangeeft of het tekstveld tekstomloop ondersteund. De waarde true
geeft aan dat het mogelijk is, de waarde false
geeft aan dat het niet mogelijk is.
De standaardwaarde is false.
Implementatie
public function get wordWrap():Boolean
public function set wordWrap(value:Boolean):void
Voorbeeld ( Hoe dit voorbeeld te gebruiken )
text
ingesteld op de inhoud van een extern tekstbestand:
import fl.controls.Label; var url:String = "http://www.helpexamples.com/flash/text/lorem.txt"; myLabel.autoSize = TextFieldAutoSize.LEFT; myLabel.width = 530; myLabel.move(10, 10); myLabel.wordWrap = true; var ldr:URLLoader = new URLLoader(); ldr.addEventListener(Event.COMPLETE, completeHandler); ldr.load(new URLRequest(url)); function completeHandler(event:Event):void { myLabel.text = URLLoader(event.currentTarget).data; }
Label | () | Constructor |
public function Label()
Taalversie: | ActionScript 3.0 |
Productversie: | Flash CS3 |
Runtimeversies: | Flash Player 9.0.28.0, AIR 1.0 |
Hiermee wordt een nieuwe componentinstantie Label gemaakt.
getStyleDefinition | () | methode |
public static function getStyleDefinition():Object
Taalversie: | ActionScript 3.0 |
Productversie: | Flash CS3 |
Runtimeversies: | Flash Player 9.0.28.0, AIR 1.0 |
Hiermee wordt de standaardstijlkaart voor de huidige component opgehaald. Op de stijlkaart vindt u het type dat voor de component geschikt is, afhankelijk van de stijl die de component gebruikt. De stijl disabledTextFormat
bevat bijvoorbeeld de waarde null
of een object TextFormat. U kunt deze stijlen gebruiken en setStyle()
aanroepen voor de huidige component. De volgende code overschrijft de standaardstijl disabledTextFormat
voor de opgegeven component:
componentInstance.setStyle("disabledTextFormat", new TextFormat());
Object — Standaardstijlenobject.
|
Verwante API-elementen
Voorbeeld ( Hoe dit voorbeeld te gebruiken )
import fl.controls.*; import fl.containers.*; import fl.controls.listClasses.*; import fl.controls.dataGridClasses.*; import fl.controls.progressBarClasses.*; import fl.core.UIComponent; import fl.data.DataProvider; var dp:DataProvider = new DataProvider(); dp.addItem( { label: "BaseScrollPane", data:BaseScrollPane } ); dp.addItem( { label: "Button", data:Button } ); dp.addItem( { label: "CellRenderer", data:CellRenderer } ); dp.addItem( { label: "CheckBox", data:CheckBox } ); dp.addItem( { label: "ColorPicker", data:ColorPicker } ); dp.addItem( { label: "ComboBox", data:ComboBox } ); dp.addItem( { label: "DataGrid", data:DataGrid } ); dp.addItem( { label: "HeaderRenderer", data:HeaderRenderer } ); dp.addItem( { label: "ImageCell", data:ImageCell } ); dp.addItem( { label: "IndeterminateBar",data:IndeterminateBar } ); dp.addItem( { label: "Label", data:Label } ); dp.addItem( { label: "List", data:List } ); dp.addItem( { label: "NumericStepper", data:NumericStepper } ); dp.addItem( { label: "ProgressBar", data:ProgressBar } ); dp.addItem( { label: "RadioButton", data:RadioButton } ); dp.addItem( { label: "ScrollPane", data:ScrollPane } ); dp.addItem( { label: "Slider", data:Slider } ); dp.addItem( { label: "TextArea", data:TextArea } ); dp.addItem( { label: "TextInput", data:TextInput } ); dp.addItem( { label: "TileList", data:TileList } ); dp.addItem( { label: "UILoader", data:UILoader } ); dp.addItem( { label: "UIComponent", data:UIComponent } ); var cb:ComboBox = new ComboBox(); cb.move(10,10); cb.setSize(300,25); cb.prompt = "Select a component to view its styles"; cb.rowCount = 12; cb.dataProvider = dp; cb.addEventListener(Event.CHANGE, showStyleDefinition); addChild(cb); var dg:DataGrid = new DataGrid(); dg.setSize(425,300); dg.move(10,50); dg.columns = [ new DataGridColumn("StyleName"), new DataGridColumn("DefaultValue") ]; addChild(dg); function showStyleDefinition(e:Event):void { var componentClass:Class = e.target.selectedItem.data as Class; var styles:Object = componentClass["getStyleDefinition"].call(this); trace(styles.toString()); var styleData:DataProvider = new DataProvider(); for(var i:* in styles) { trace(i + " : " + styles[i]); styleData.addItem( { StyleName:i, DefaultValue:styles[i] } ); } styleData.sortOn("StyleName"); dg.dataProvider = styleData; }
resize | Gebeurtenis |
fl.events.ComponentEvent
eigenschap ComponentEvent.type =
fl.events.ComponentEvent.RESIZE
Taalversie: | ActionScript 3.0 |
Productversie: | Flash CS3 |
Runtimeversies: | Flash Player 9.0.28.0, AIR 1.0 |
Wordt verzonden nadat de breedte of hoogte van de component is gewijzigd.
Opmerking: deze gebeurtenis treedt niet op wanneer u ActionScript-code gebruikt om de labeltekst te wijzigen.
Hiermee wordt de waarde van de eigenschaptype
van een gebeurtenisobject resize
gedefinieerd.
Deze gebeurtenis heeft de volgende eigenschappen:
Eigenschap | Waarde |
---|---|
bubbles | false |
cancelable | false ; er is geen standaardgedrag om te annuleren. |
currentTarget | Het object dat het gebeurtenisobject actief verwerkt met een gebeurtenislistener. |
target | Het object dat de gebeurtenis heeft verzonden. Het doel is niet altijd het object dat luistert naar de gebeurtenis. Gebruik de eigenschap currentTarget om toegang te krijgen tot het object dat luistert naar de gebeurtenis. |
Voorbeeld ( Hoe dit voorbeeld te gebruiken )
resize
van de component:
import fl.controls.Label; import fl.events.ComponentEvent; var myLabel:Label = new Label(); myLabel.text = "The quick brown fox jumped over the lazy dog."; myLabel.autoSize = TextFieldAutoSize.LEFT; myLabel.wordWrap = true; myLabel.move(10, 10); myLabel.addEventListener(ComponentEvent.RESIZE, resizeHandler); addChild(myLabel); function resizeHandler(event:ComponentEvent):void { var lbl:Label = event.currentTarget as Label; trace("width:" + lbl.width, "height:" + lbl.height); // width:100 height:46 }
- Voeg de componenten Label en Button toe aan uw bibliotheek.
- Sla deze code op als LabelExample.as in dezelfde map als de FLA.
- Stel de DocumentClass in de FLA in op LabelExample.
package { import flash.events.MouseEvent; import flash.text.TextField; import flash.text.TextFieldAutoSize; import flash.display.Sprite; import fl.controls.Label; import fl.controls.Button; public class LabelExample extends Sprite { private var simpleLabel:Label; private var b1:Button; private var b2:Button; private var htmlData:String = "<br>This label displays <b>bold</b> and <i>italic</i> HTML-formatted text."; public function LabelExample() { setupLabel(); setupButtons(); } private function setupButtons():void { b1 = new Button(); b2 = new Button(); b1.move(10,50); b2.move(10,80); b1.setSize(120,22); b2.setSize(120,22); b1.label = "Make Normal Label"; b2.label = "Make HTML Label"; b1.addEventListener(MouseEvent.CLICK,buttonClick); b2.addEventListener(MouseEvent.CLICK,buttonClick); addChild(b1); addChild(b2); } private function setupLabel():void { simpleLabel = new Label(); simpleLabel.move(10,10); simpleLabel.autoSize = TextFieldAutoSize.LEFT; addChild(simpleLabel); } // Event handler function to change the image size. private function displayHTML():void { simpleLabel.htmlText = htmlData; } // Event handler function to change the image size. private function displayText():void { simpleLabel.text = "This Label displays plain text."; } private function buttonClick(e:MouseEvent):void { switch(e.target) { case b1: displayText(); break; case b2: displayHTML(); break; default: break; } } } }
Wed Jun 13 2018, 11:42 AM Z