In het eerste argument aan ADT wordt een van de volgende opdrachten opgegeven.
-
-package — hiermee wordt een AIR-toepassing of een ANE (AIR Native Extension) verpakt.
-
-prepare — hiermee wordt een AIR-toepassing als tussentijds bestand verpakt (AIRI) maar niet ondertekend. AIRI-bestanden kunnen niet worden geïnstalleerd.
-
-sign — hiermee wordt een AIRI-pakket ondertekend dat is gemaakt met behulp van de opdracht -prepare. Met de opdrachten -prepare en -sign kunnen verpakken en ondertekenen op verschillende tijdstippen worden uitgevoerd. U kunt de opdracht -sign ook gebruiken om een ANE-pakket te ondertekenen of opnieuw te ondertekenen.
-
-migrate — hiermee wordt een migratiehandtekening toegepast op een ondertekend AIR-pakket waardoor u een nieuw of vernieuwd certificaat voor ondertekenen van code kunt gebruiken.
-
-certificate — hiermee wordt een zelfondertekend certificaat voor ondertekenen van digitale code gemaakt.
-
-checkstore — hiermee wordt gecontroleerd of er toegang is tot een digitaal certificaat in een sleutelarchief.
-
-installApp — hiermee wordt een AIR-toepassing op een apparaat of op een apparaatemulator geïnstalleerd.
-
-launchApp — hiermee wordt een AIR-toepassing op een apparaat of op een apparaatemulator gestart.
-
-appVersion — hiermee wordt de versie weergegeven van een AIR-toepassing die momenteel op een apparaat of een apparaatemulator is geïnstalleerd.
-
-uninstallApp — hiermee wordt een AIR-toepassing van een apparaat of een apparaatemulator verwijderd.
-
-installRuntime — hiermee wordt de AIR-runtime op een apparaat of een apparaatemulator geïnstalleerd.
-
-runtimeVersion — hiermee wordt de versie weergegeven van de AIR-runtime die momenteel op een apparaat of een apparaatemulator is geïnstalleerd.
-
-uninstallRuntime — hiermee wordt de AIR-runtime verwijderd die momenteel op een apparaat of een apparaatemulator is geïnstalleerd.
-
-version — hiermee wordt het ADT-versienummer weergegeven.
-
-devices: rapporteert apparaatinformatie voor aangesloten mobiele apparaten of emulators.
-
-help — hiermee wordt de lijst met opdrachten en opties weergegeven.
Veel ADT-opdrachten delen gerelateerde sets optiemarkeringen en parameters. Deze sets van opties worden afzonderlijk gedetailleerd beschreven: