Uw eerste AIR-toepassing voor iOS maken

AIR 2.6 of hoger, iOS 4.2 of hoger

U kunt de basisfuncties van een iOS-toepassing coderen, bouwen en testen met niet meer dan Adobe-hulpprogramma's. Als u echter een iOS-toepassing op een apparaat wilt installeren en die toepassing wilt distribueren, moet u zich aansluiten bij het Apple iOS Developer-programma (deze service is gratis). Zodra u zich bij het Apple iOS-ontwikkelprogramma hebt aangemeld, kunt u naar de iOS Provisioning Portal gaan voor de volgende items en bestanden van Apple die worden vereist voor het installeren van een toepassing op een apparaat voor het uitvoeren van testen en vervolgens voor distributie. Deze items en bestanden bevatten onder andere:

  • Ontwikkelings- en distributiecertificaten

  • Toepassings-id's

  • Inrichtingsbestanden voor ontwikkeling en distributie

Maak de toepassingsinhoud

Maak een SWF-bestand waarin de tekst "Hello world!" wordt weergegeven U kunt deze taak uitvoeren met behulp van Flash Professional, Flash Builder of een andere IDE. In dit voorbeeld worden een teksteditor en de opdrachtregel voor het compileren van SWF opgenomen in de Flex SDK.

  1. Maak een map op een handige locatie om uw toepassingsbestanden op te slaan. Maak een bestand met de naam HelloWorld.as en bewerk het bestand in uw favoriete code-editor.

  2. Voeg de volgende code toe:

    package{ 
         
        import flash.display.Sprite; 
        import flash.text.TextField; 
        import flash.text.TextFormat; 
        import flash.text.TextFieldAutoSize; 
         
        public class HelloWorld extends Sprite 
        { 
            public function HelloWorld():void 
            { 
                var textField:TextField = new TextField(); 
                textField.text = "Hello World!"; 
                textField.autoSize = TextFieldAutoSize.LEFT; 
                     
                var format:TextFormat = new TextFormat(); 
                format.size = 48; 
                 
                textField.setTextFormat ( format ); 
                this.addChild( textField ); 
            } 
        } 
    }
  3. Compileer de klasse met de compiler amxmlc.

    amxmlc HelloWorld.as

    In dezelfde map wordt het SWF-bestand HelloWorld.swf gemaakt.

    Opmerking: in dit voorbeeld wordt ervan uitgegaan dat u uw pad voor omgevingsvariabele zo hebt ingesteld dat de map met amxmlc is opgenomen. Zie voor informatie over het instellen van het pad Omgevingsvariabelen van het pad . U kunt ook het volledige pad invoeren naar amxmlc en de andere opdrachtregelhulpprogramma's die in dit voorbeeld worden gebruikt.

Pictogramafbeeldingen en een afbeelding voor het startscherm van de toepassing maken

Alle iOS-toepassingen hebben pictogrammen die worden weergegeven in de gebruikersinterface van de toepassing iTunes en op het scherm van het apparaat.

  1. Maak een map in de projectmap en geef de map de naam Pictogrammen.

  2. Maak drie PNG-bestanden in de map Pictogrammen. Geef de bestanden de namen Icon_29.png, Icon_57.png en Icon_512.png.

  3. Bewerk de PNG-bestanden om de juiste afbeeldingen voor uw toepassing te maken. De bestanden moeten 29 bij 29 pixels, 57 bij 57 pixels en 512 bij 512 pixels goot zijn. Voor deze tekst kunt u gewoon effen vierkante kleurvlakken als afbeelding gebruiken.

    Opmerking: wanneer u een toepassing naar de Apple App Store verzendt, gebruikt u een JPG-versie (geen PNG-versie) van het bestand van 512 pixels. U gebruikt de PNG-versie tijdens het testen van de ontwikkelversies van een toepassing.

In alle iPhone-toepassingen wordt een eerste afbeelding weergegeven terwijl de toepassing op de iPhone wordt geladen. U definieert de startinstellingen in een PNG-bestand:

  1. Maak in de hoofdontwikkelmap een PNG-bestand met de naam Default.png. (Plaats dit bestand niet in de submap Pictogrammen. Geef het bestand de naam Default.png met een hoofdletter D.)

  2. Bewerk het bestand zodat het 320 pixels breed is en 480 pixels hoog. Voor dit doeleinde kan de inhoud een normale witte rechthoek zijn. (U wijzigt dit later.)

Zie voor gedetailleerde informatie over deze afbeeldingen Toepassingspictogrammen .

Maak het descriptorbestand van de toepassing

Maak een toepassingsdescriptorbestand waarin de basiseigenschappen voor de toepassing worden opgegeven. U kunt deze taak voltooien met een IDE als Flash Builder of een teksteditor.

  1. Maak in de projectmap HelloWorld.as bevat, een XML-bestand met de naam HelloWorld-app.xml . Verwerk dit bestand in een XML-editor naar keuze.

  2. Voeg de volgende XML toe:

    <?xml version="1.0" encoding="utf-8" ?> 
    <application xmlns="http://ns.adobe.com/air/application/2.7" minimumPatchLevel="0"> 
        <id>change_to_your_id</id> 
        <name>Hello World iOS</name> 
        <versionNumber>0.0.1</versionNumber> 
        <filename>HelloWorld</filename> 
        <supportedProfiles>mobileDevice</supportedProfiles> 
        <initialWindow> 
            <content>HelloWorld.swf</content> 
            <title>Hello World!</title> 
        </initialWindow> 
        <icon> 
            <image29x29>icons/AIRApp_29.png</image29x29> 
            <image57x57>icons/AIRApp_57.png</image57x57> 
            <image512x512>icons/AIRApp_512.png</image512x512> 
        </icon> 
    </application>

    In dit vereenvoudigde voorbeeld worden slechts een paar van de beschikbare eigenschappen ingesteld.

    Opmerking: als u AIR 2 of eerder gebruikt, moet u het element <version> gebruiken in plaats van het element <versionNumber> .
  3. Wijzig de toepassings-id zo dat deze overeenkomt met de toepassings-id die is opgegeven in de iOS Provisioning Portal. (Neem geen willekeurig gedeelte van de bundlebron op aan het begin van de ID.

  4. Test de toepassing met behulp van ADL:

    adl HelloWorld-app.xml -screensize iPhone

    ADL moet een venster op uw bureaublad openen met de tekst Hello World! Als dit niet gebeurt, controleert u de broncode en de toepassingsdescriptor op fouten.

Het IPA-bestand compileren

U kunt het IPA-installatieprogramma nu compileren met ADT. U moet uw Apple-ontwikkelaarscertificaat en persoonlijke sleutel in de bestandsindeling P12 en uw Apple-ontwikkelinrichtingsprofiel hebben.

Voer het ADT-hulpmiddel met de volgende opties uit, waarbij u de waarden keystore, storepass en provisioning-profile vervangt door uw eigen:

adt -package -target ipa-debug 
    -keystore iosPrivateKey.p12 -storetype pkcs12 -storepass qwerty12 
    -provisioning-profile ios.mobileprovision 
    HelloWorld.ipa 
    HelloWorld-app.xml 
    HelloWorld.swf icons Default.png

(Gebruik een enkele opdrachtregel. De regelafbrekingen in dit voorbeeld zijn toegevoegd om de tekst eenvoudiger leesbaar te maken.)

ADT genereert het iOS-toepassingsinstallatiebestand HelloWorld.ipa in de projectmap. Het duurt een paar minuten voordat het IPA-bestand is gecompileerd.

De toepassing op een apparaat installeren

De iOS-toepassing installeren om te testen:

  1. Open de toepassing iTunes.

  2. Als u dit nog niet hebt gedaan, voegt u het inrichtingsprofiel voor deze toepassing aan iTunes toe. Selecteer in iTunes Archief > Voeg toe aan bibliotheek. Selecteer vervolgens het inrichtingsprofielbestand (met mobileprovision als bestandstype).

    Gebruik voorlopig het ontwikkelinrichtingsprofiel om de toepassing op het ontwikkelaars-apparaat te testen.

    Gebruik later, wanneer u een toepassing naar de iTunes Store distribueert, het distributieprofiel. Gebruik het ad-hocinrichtingsprofiel als u de toepassing ad hoc (naar meerdere apparaten zonder tussenkomst van de iTunes Store) wilt distribueren.

    Zie iOS installeren voor meer informatie over inrichtingsprofielen.

  3. In sommige versies van iTunes wordt de toepassing niet vervangen als dezelfde versie van de toepassing al is geïnstalleerd. Verwijder in dit geval de toepassing van het apparaat en uit de lijst met toepassingen in iTunes.

  4. Dubbelklik op het IPA-bestand voor de toepassing. De toepassing moet in uw lijst met iTunes-toepassingen worden weergegeven.

  5. Sluit uw apparaat aan op de USB-poort van uw computer.

  6. Controleer in iTunes het tabblad Toepassing voor het apparaat en zorg ervoor dat de toepassing is geselecteerd in de lijst met toepassingen die moeten worden geïnstalleerd.

  7. Selecteer het apparaat in de lijst links van iTunes. Klik op de knop Synchroniseren. Wanneer het synchronisatieproces is voltooid, verschijnt de Hello World-toepassing op uw iPhone.

Als de nieuwe versie niet is geïnstalleerd, verwijdert u deze van uw apparaat en uit de lijst met toepassingen in iTunes en herhaalt u vervolgens deze procedure. Dit kan zich voordoen als de versie die op dat moment is geïnstalleerd, dezelfde toepassings-id en toepassingsversie gebruikt.

De afbeelding voor het startscherm bewerken

Voordat u uw toepassing maakte, hebt u het bestand Default.png gemaakt (zie Pictogramafbeeldingen en een afbeelding voor het startscherm van de toepassing maken ). Dit PNG-bestand dient als de opstartafbeelding die tijdens het laden van de toepassing wordt weergegeven. Toen u de toepassing testte op uw iPhone, hebt u waarschijnlijk dit lege scherm bij het opstarten gezien.

U moet de afbeelding wijzigen, zodat deze overeenkomt met het startscherm van uw toepassing “Hello World!”.:

  1. Open de toepassing op het apparaat. Wanneer de eerste tekst “Hello World” wordt weergegeven, drukt u op de thuisknop (onder het scherm) en houdt u deze knop ingedrukt. Druk met de thuisknop ingedrukt op de knop voor de sluimerstand (boven aan de iPhone). Zo maakt u een schermafbeelding en verzendt u de afbeelding naar het Filmrol-album.

  2. Breng de afbeelding over naar uw ontwikkelcomputer door deze over te brengen van de iPhone of door een andere toepassing voor het overbrengen van foto's te gebruiken. (Op een Mac-computer kunt u hiervoor de toepassing Image Capture gebruiken.)

    U kunt de afbeelding ook via e-mail naar uw ontwikkelcomputer verzenden:

    • Open de toepassing Foto's.

    • Open het Filmrol-album.

    • Open de schermafbeelding die u hebt vastgelegd.

    • Tik op de foto en tik vervolgens op de pijlknop “vooruit” in de linkerbenedenhoek. Klik vervolgens op de knop voor het verzenden van foto's en verzendt de foto naar uzelf.

  3. Vervang het bestand Default.png (in de ontwikkelmap) door een PNG-versie van de schermafbeelding.

  4. Compileer de toepassing opnieuw (zie Het IPA-bestand compileren ) en installeer deze opnieuw op uw apparaat.

In de toepassing wordt nu het nieuwe opstartscherm gebruikt terwijl de toepassing wordt geladen.

Opmerking: u kunt elke gewenste afbeelding voor het bestand Default.png gebruiken, zo lang de afbeelding de juiste afmetingen heeft (320 bij 480 pixels). Het is echter vaak het beste als de afbeelding Default.png overeenkomt met de beginstatus van uw toepassing.