Naslaggids voor Adobe ActionScript® 3.0 voor het Adobe® Flash®-platform
Startpagina  |  Lijst met pakketten en klassen verbergen |  Pakketten  |  Klassen  |  Nieuw  |  Index  |  Bijlagen  |  Waarom in het Engels?
Filters: Gegevens ophalen van server...
Gegevens ophalen van server...
flash.net 

ObjectEncoding  - AS3

Pakketflash.net
Klassepublic final class ObjectEncoding
OverervingObjectEncoding Inheritance Object

Taalversie: ActionScript 3.0
Runtimeversies: AIR 1.0, Flash Player 9, Flash Lite 4

De klasse ObjectEncoding wordt gebruikt voor de definitie van serialisatie-instellingen in klassen die objecten serialiseren (zoals FileStream, NetStream, NetConnection, SharedObject en ByteArray) om met oudere versies van ActionScript te werken.

Objectcodering bepaalt hoe objecten worden vertegenwoordigd in Action Message Format (AMF). Flash Player gebruikt AMF om efficiënte communicatie tussen een toepassing en een externe server mogelijk te maken. Met AMF worden externe procedureaanroepen in een compacte binaire representatie gecodeerd die kan worden overgedragen via HTTP/HTTPS of het protocol RTMP/RTMPS dat door Flash Media Server wordt gebruikt. Objecten en -gegevenswaarden worden met serienummering in deze binaire indeling gecodeerd, die gewoonlijk compacter is dan andere indelingen, zoals XML.

Adobe AIR en Flash Player 9 kunnen in twee verschillende indelingen serialiseren: AMF3 en AMF0. AMF3, de standaardserialisatie, ontwikkeld voor ActionScript 3.0, biedt diverse voordelen ten opzichte van AMF0, dat wordt gebruikt voor ActionScript 1.0 en 2.0. AMF3 verzendt gegevens doeltreffender over het netwerk dan AMF0. AMF3 ondersteunt het verzenden van objecten int en uint als gehele getallen en ondersteunt gegevenstypen die alleen beschikbaar zijn in ActionScript 3.0, zoals ByteArray, XML en IExternalizable. AMF3 is alleen beschikbaar in ActionScript 3.0 en met servers die AMF3-codering gebruiken, zoals Flex 2.

De klassen ByteArray, FileStream, NetConnection, NetStream, SharedObject, Socket en URLStream bevatten een eigenschap objectEncoding waaraan een constante uit de klasse ObjectEncoding is toegewezen. De werking van de eigenschap objectEncoding hangt af van het object. In de beschrijving van de eigenschap objectEncoding van elke klasse wordt deze werking nader toegelicht.



Openbare eigenschappen
 EigenschapGedefinieerd door
 Inheritedconstructor : Object
Verwijzing naar het klasseobject of de constructorfunctie van een bepaalde objectinstantie.
Object
  dynamicPropertyWriter : IDynamicPropertyWriter
[statisch] Biedt u meer controle over de serienummering van dynamische eigenschappen van dynamische objecten.
ObjectEncoding
Openbare methoden
 MethodeGedefinieerd door
 Inherited
Geeft aan of voor een object een opgegeven eigenschap is gedefinieerd.
Object
 Inherited
Geeft aan of een instantie van de klasse Object zich in de prototypeketen van het object bevindt dat als parameter is opgegeven.
Object
 Inherited
Geeft aan of de opgegeven eigenschap bestaat en kan worden opgesomd.
Object
 Inherited
Stelt de beschikbaarheid van een dynamische eigenschap voor lusbewerkingen in.
Object
 Inherited
Geeft de tekenreeksweergave van dit object weer, geformatteerd volgens de locatiespecifieke conventies.
Object
 Inherited
Retourneert een tekenreeksrepresentatie van het opgegeven object.
Object
 Inherited
Retourneert de primitieve waarde van het opgegeven object.
Object
Openbare constanten
 ConstanteGedefinieerd door
  AMF0 : uint = 0
[statisch] Geeft op dat op objecten serienummering wordt toegepast via AMF (Action Message Format) voor ActionScript 1.0 en 2.0.
ObjectEncoding
  AMF3 : uint = 3
[statisch] Geeft op dat op objecten serienummering wordt toegepast via AMF (Action Message Format) voor ActionScript 3.0.
ObjectEncoding
  DEFAULT : uint = 3
[statisch] Bepaalt de standaardindeling (de nieuwste indeling) voor de huidige runtime (Flash Player of AIR).
ObjectEncoding
Eigenschapdetails

dynamicPropertyWriter

eigenschap
dynamicPropertyWriter:IDynamicPropertyWriter

Taalversie: ActionScript 3.0
Runtimeversies: AIR 1.0, Flash Player 9, Flash Lite 4

Biedt u meer controle over de serienummering van dynamische eigenschappen van dynamische objecten. Wanneer deze eigenschap op null is ingesteld, de standaardwaarde, worden dynamische eigenschappen met serienummering gecodeerd in native code. Hierbij worden alle dynamische eigenschappen geschreven, behalve eigenschappen waarvan de waarde een functie is.

Deze waarde wordt alleen aangeroepen voor eigenschappen van een dynamisch object (objecten die zijn gedeclareerd binnen een dynamische klasse) of voor objecten die zijn gedeclareerd met de operator new.

U kunt deze eigenschap gebruiken om eigenschappen van dynamische objecten uit te sluiten van serienummering, om waarden te schrijven naar eigenschappen van dynamische objecten of om nieuwe eigenschappen te maken voor dynamische objecten. Stel deze eigenschap hiertoe in op een object dat de IDynamicPropertyWriter-interface implementeert. Zie de IDynamicPropertyWriter-interface voor meer informatie.



Implementatie
    public static function get dynamicPropertyWriter():IDynamicPropertyWriter
    public static function set dynamicPropertyWriter(value:IDynamicPropertyWriter):void

Verwante API-elementen

IDynamicPropertyWriter
Constantedetails

AMF0

Constante
public static const AMF0:uint = 0

Taalversie: ActionScript 3.0
Runtimeversies: AIR 1.0, Flash Player 9, Flash Lite 4

Geeft op dat op objecten serienummering wordt toegepast via AMF (Action Message Format) voor ActionScript 1.0 en 2.0.

AMF3

Constante 
public static const AMF3:uint = 3

Taalversie: ActionScript 3.0
Runtimeversies: AIR 1.0, Flash Player 9, Flash Lite 4

Geeft op dat op objecten serienummering wordt toegepast via AMF (Action Message Format) voor ActionScript 3.0.

DEFAULT

Constante 
public static const DEFAULT:uint = 3

Taalversie: ActionScript 3.0
Runtimeversies: AIR 1.0, Flash Player 9, Flash Lite 4

Bepaalt de standaardindeling (de nieuwste indeling) voor de huidige runtime (Flash Player of AIR). Aangezien objectcoderingscontrole alleen beschikbaar is in Flash Player 9 en hoger en in Adobe AIR, is de oudste indeling die wordt gebruikt Action Message Format voor ActionScript 3.0.

Als de eigenschap objectEncoding voor een object bijvoorbeeld is ingesteld op ObjectEncoding.DEFAULT, wordt AMF3-codering gebruikt. Wanneer in de toekomst in een hogere versie van Flash Player of Adobe AIR een nieuwe AMF-versie wordt geïntroduceerd en u de inhoud opnieuw publiceert, gebruikt de toepassing die nieuwe AMF-versie. U kunt deze constante alleen gebruiken wanneer compatibiliteit met lagere versies niet van belang is.





[ X ]Waarom in het Engels?
Sommige inhoud van de Naslaggids voor ActionScript 3.0 staat in het Engels

Niet alle onderdelen van de Naslaggids voor ActionScript 3.0 zijn in alle talen vertaald. Wanneer een taalelement niet is vertaald, wordt het in het Engels weergegeven. Zo is de klasse ga.controls.HelpBox niet in elke taal vertaald. In de Nederlandse versie van de naslaggids wordt de klasse ga.controls.HelpBox bijvoorbeeld in het Engels weergegeven.