Virtuele lesruimten bewerken

U kunt een aantal verschillende taken uitvoeren om de gemaakte virtuele lesruimten te beheren en te onderhouden.

Informatie over virtuele lesruimten en telefonie bewerken

  1. Navigeer op het tabblad Training in Adobe Connect Central naar de virtuele lesruimte die u wilt bewerken.
  2. Klik op een virtuele lesruimte in de kolom Naam.
  3. Klik in de navigatiebalk op Informatie bewerken.
  4. Bewerk desgewenst de informatie over de virtuele lesruimte en de audioconferentie-instellingen.
  5. Klik op Opslaan.

Cursussen in virtuele lesruimten bewerken

  1. Navigeer op het tabblad Training in Adobe Connect Central naar de virtuele lesruimte die u wilt bewerken.
  2. Klik op een virtuele lesruimte in de kolom Naam.
  3. Klik op Cursussen beheren.
  4. Voeg desgewenst cursussen toe of verwijder deze.
  5. Klik op Opslaan.

Voor virtuele lesruimten ingeschreven personen bewerken

  1. Navigeer op het tabblad Training in Adobe Connect Central naar de virtuele lesruimte die u wilt bewerken.
  2. Klik op een virtuele lesruimte in de kolom Naam.
  3. Klik op Ingeschreven personen beheren.
  4. Voeg desgewenst individuele ingeschreven personen of groepen ingeschreven personen toe of verwijder deze.

Meldingen en herinneringen voor virtuele lesruimten bewerken

U kunt de meldingsfunctie gebruiken om een e-mailbericht met informatie te verzenden aan voor de virtuele lesruimte ingeschreven personen, zoals een koppeling naar de lesruimte. U kunt het bericht naar alle ingeschreven personen of naar een bepaalde subgroep sturen.

Met de functie voor herinneringen in Adobe Connect Central kunt u, net als met de functie voor meldingen, e-mailberichten sturen naar ingeschreven personen. Het belangrijkste verschil tussen meldingen en herinneringen is echter dat u berichten op de pagina Herinneringen met bepaalde intervallen kunt verzenden. U kunt het bericht naar alle ingeschreven personen sturen, of naar een bepaalde subgroep.
Opmerking: Adobe Connect-beheerders kunnen instellingen voor pods, voor delen en andere instellingen aanpassen om aan de voorschriften te voldoen. Deze instellingen beïnvloeden de schermindeling van virtuele lesruimten en de activiteiten die u kunt uitvoeren in deze ruimten. Zie Werken met compatibiliteits- en besturingsinstellingen voor meer informatie.
  1. Navigeer op het tabblad Training in Adobe Connect Central naar de virtuele lesruimte die u wilt bewerken.
  2. Klik op een virtuele lesruimte in de kolom Naam.
  3. Klik op Meldingen.
  4. Klik op een melding of een herinnering in de lijst. (Meldingen worden in de onderwerpenlijst aangeduid met het pictogram . Herinneringen worden aangeduid met het pictogram .)
  5. Klik op Bewerken.
  6. Bewerk de melding of de herinnering naar wens. Bijvoorbeeld:
    • Wijzig de tijdinstellingsoptie. (U kunt voor herinneringen een herhalingsoptie instellen, zodat automatisch meerdere herinneringen worden verzonden.)

    • Wijzig de ontvangers. Als u e-mailadressen opgeeft, dient u deze met komma's van elkaar te scheiden.

    • Bewerk het onderwerp en de berichttekst van de e-mail. Als u een runtimeveld wilt gebruiken voor de bewerking, kopieert u de veldnaam uit de lijst Runtimevelden en plakt u deze in de berichttekst of in de onderwerpregel van de e-mail. Wijzig de tussen accolades geplaatste tekst van het runtimeveld niet .

  7. Klik op Verzenden.

De inhoud van virtuele lesruimten bewerken

  1. Navigeer op het tabblad Training in Adobe Connect Central naar de virtuele lesruimte die u wilt bewerken.
  2. Klik op een virtuele lesruimte in de kolom Naam.
  3. Klik op Geüploade inhoud.
  4. Voeg desgewenst inhoud toe, verwijder inhoud of verplaats inhoud.

Opnamen van virtuele lesruimten weergeven en bewerken

U bepaalt wie de opname van een virtuele lesruimte kan weergeven door de opname in te stellen als Openbaar of Persoonlijk. Zie Een opgenomen vergadering afspelen voor nadere informatie.

  1. Navigeer op het tabblad Training in Adobe Connect Central naar de virtuele lesruimte die u wilt bewerken.
  2. Klik op een virtuele lesruimte in de kolom Naam.
  3. Klik op Opnamen.
  4. Bekijk en bewerk de informatie naar wens.