Detectie voor aanraakondersteuning

Flash Player 10.1 of hoger, Adobe AIR 2 of hoger

Het invoertype instellen
Testen op ondersteuning voor aanraakinvoer

Met de eigenschappen van de Multitouch-klasse bepaalt u de mate waarin aanraakgebeurtenissen kunnen worden afgehandeld door uw toepassing. Vervolgens test u de omgeving om zeker te zijn van de benodigde ondersteuning voor de gebeurtenissen die worden afgehandeld door uw ActionScript-code. Eerst moet u bepalen welk type aanraakinvoer van belang is voor uw toepassing. De opties zijn: aanraakpunt, beweging of geen (in het laatste geval wordt alle aanraakinvoer alleen geïnterpreteerd als muisklikken en muisgebeurtenishandlers). Vervolgens gebruikt u de eigenschappen en methoden van de Multitouch-klasse om ervoor te zorgen dat de runtimeomgeving ondersteuning biedt voor het type aanraakinvoer dat wordt vereist door uw toepassing. Test de runtimeomgeving op ondersteuning van het type aanraakinvoer (worden bewegingen bijvoorbeeld geïnterpreteerd?) en handel op basis van deze situatie.

Opmerking: De eigenschappen van de Multitouch-klasse zijn statisch en behoren niet tot instanties van een bepaalde klasse. Gebruik deze eigenschappen met de syntaxis Multitouch.property, zoals bijvoorbeeld:

var touchSupport:Boolean = Multitouch.supportsTouchEvents;

Het invoertype instellen

De Flash-runtime moet weten welk type aanraakinvoer moet worden geïnterpreteerd. Een aanraakgebeurtenis kan namelijk bestaan uit veel elementen of fasen. Als een vinger het aanraakscherm aanraakt, moet de runtime dan een aanraakgebeurtenis verzenden? Moet er misschien worden gewacht op een beweging? Of wordt de aanraking door de runtime bijgehouden als een muisklikgebeurtenis? Een toepassing die ondersteuning biedt voor aanraakinvoer moet kunnen bepalen welk type aanraakgebeurtenis moet worden afgehandeld voor de Flash-runtime. Met de eigenschap Multitouch.inputMode kunt u het type aanraakinvoer voor de runtime vaststellen. Er zijn drie invoermodi:

Geen: Er wordt geen speciale afhandeling geboden voor aanraakgebeurtenissen. Stel het volgende in: Multitouch.inputMode=MultitouchInputMode.NONE en gebruik de MouseEvent-klasse om de invoer af te handelen.
Enkelvoudige aanraakpunten: Alle aanraakinvoer wordt individueel geïnterpreteerd en alle aanraakpunten kunnen worden bijgehouden en afgehandeld. Stel het volgende in: Multitouch.inputMode=MultitouchInputMode.TOUCH_POINT en gebruik de TouchEvent-klasse om de invoer af te handelen.
Bewegingsinvoer: Het apparaat of besturingssysteem interpreteert de invoer als een complexe vorm van vingerbewegingen over het scherm. Het apparaat of besturingssysteem wijst de verplaatsing collectief toe aan een enkele bewegingsinvoergebeurtenis. Stel het volgende in: Multitouch.inputMode=MultitouchInputMode.GESTURE en gebruik de klassen TransformGestureEvent, PressAndTapGestureEvent of GestureEvent om de invoer af te handelen.

Zie Aanraakgebeurtenissen afhandelen voor een voorbeeld waarin het invoertype wordt ingesteld met de eigenschap Multitouch.inputMode voordat een aanraakgebeurtenis wordt afgehandeld.

Testen op ondersteuning voor aanraakinvoer

Andere eigenschappen van de Multitouch-klasse bieden waarden voor het afstemmen van uw toepassing op het type aanraakondersteuning in de huidige omgeving. De Flash-runtime vult waarden in voor het aantal gelijktijdige aanraakpunten dat is toegestaan of voor de beschikbare bewegingen. Als de runtime wordt uitgevoerd in een omgeving zonder ondersteuning voor de afhandeling van aanraakgebeurtenissen die door uw toepassing worden vereist, moet u de gebruiker een alternatief bieden. Zo kunt u bijvoorbeeld een afhandelingsfunctie bieden voor muisgebeurtenissen of de gebruiker informatie geven over welke functies wel en niet beschikbaar zijn in de huidige omgeving.

U kunt ook de API gebruiken voor ondersteuning van het toetsenbord, aanrakingen en de muis, zie Invoertypen vaststellen .

Zie Problemen oplossen voor meer informatie over het testen op compatibiliteit.