Het Adobe® XML-formulierobjectmodel, dat is gebaseerd op de Adobe XML-formulierarchitectuur, vertegenwoordigt de onderliggende technologie achter de Adobe XML-formulieroplossing en bevat architecturale concepten in XML, zoals het Document Object Model (DOM). Formulierontwikkelaars kunnen met deze techniek complexe en flexibele toepassingen maken voor formulieren, die u met de client of op de server kunt gebruiken.
Met Adobe® LiveCycle® Designer 10 kan een formulierontwikkelaar intelligente formulieren bouwen door alleen van de opties gebruik te maken die worden geboden door de grafische interface van Designer.
Formulierontwikkelaars kunnen door scripts te maken voor het XML-formulierobjectmodel alle aspecten van het formulier verder uitwerken, zodat de functionaliteit van het formulier nog meer wordt vergroot dan wat mogelijk is met de Designer-interface. U zou bijvoorbeeld een eenvoudige berekening kunnen gebruiken om automatisch de kosten van een inkooporder bij te werken of met een script de weergave van uw formulier aanpassen al naar gelang de landinstellingen van de gebruiker.
Scripts worden ondersteund in twee talen: FormCalc, een berekeningstaal die is gemaakt door Adobe Systems Incorporated, en JavaScript, een krachtige en populaire scripttaal.
Elke host, zoals Adobe® Acrobat en Adobe® Reader, is verantwoordelijk voor de implementatie van de beschikbare methoden. Sommige methoden, zoals beep, zijn niet geschikt voor een server. Deze methoden worden niet door de server geïmplementeerd; als een gebruiker een dergelijke methode toch aanroept, kan dit tot een foutbericht leiden.
Zie Grondbeginselen van scripts voor informatie over de grondbeginselen van het maken van scripts.
Subformulieren en containers
In Designer zijn formulieren documenten die worden gemaakt uit hiërarchisch ingedeelde bouwblokken die zich optioneel herhalen, bekend als subformulieren. Elk subformulier bestuurt een deel van de algehele structuur, presentatie en het gedrag van het formulier. De afzonderlijke subformulieren bevatten een combinatie van objecten die invulbare gebieden (velden) en niet-invulbare gebieden (tekengebieden) genereren. Subformulieren kunnen ook andere subformulieren bevatten, waarbij elk subformulier eigenschappen kan hebben die bepalen hoe en wanneer het subformulier wordt gestart in een opgebouwd formulier.
In elk formulier is een concept van een container aanwezig. Een container is een object dat gegevens of waarden bevat. Eenvoudige containers, die geen andere containers of objecten kunnen bevatten, omvatten velden (tekst, numerieke tekens, knoppen) en getekende objecten (tekst, cirkel, lijn). Alle containers die andere containers en niet-containerobjecten kunnen bevatten worden beschouwd als complexe containers. Een subformulier is een voorbeeld van een complexe container.
